Knip-oog.
Ogen-blikkelijk opvallend.
Opget-ogen. Bew-ogen. Aantrekkingsverm-ogen.
Ik vang de blik.
Oogopener.
Blog and Inspiration 2 Write
Woordmagiër en communicatiestrateeg.
Academische achtergrond in communicatiewetenschappen, film en management met een aggregaat voor het hoger onderwijs en een doctoraatsopleiding in de sociale wetenschappen.
Solo mama van Bona en Luna.
Knip-oog.
Ogen-blikkelijk opvallend.
Opget-ogen. Bew-ogen. Aantrekkingsverm-ogen.
Ik vang de blik.
Oogopener.
Kiesrecht. Wordt dat kiespijn of blijven we een tandje bijsteken voor onze politieke keuze?
Op 9 juni 2024 worden we als Belgen weer aan de stembus verwacht – absoluut en resoluut verplicht. Europese, federale en Vlaamse politiek worden de heilige drievuldigheid van een al dan niet heilige zondag. Wordt het niet tijd om van stemplicht gewoon een recht te maken?
Vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid – dit draagt België hoog in het vaandel. Is het dan niet vreemd dat Belgen verplicht worden om te stemmen? De overheid lijkt te zeggen dat ons land zal vergaan als we niet gaan; “jouw schuld, jouw schuld, jouw diepe schuld” moet onze schuldbekentenis zijn.
Vergis je niet, ik ben wel degelijk voorstander van de democratie. Het lijkt echter dat we als kinderen tegen onze zin naar de tandarts worden gesleurd. Niks te kiezen. Stel je voor dat we die plicht zouden doortrekken naar het dagelijks leven: elke vrijdag, uiteraard Belgisch, witlof moeten eten of op zondag verplicht rode sokken dragen.
Ik geef toe, ik ben lichtelijk getraumatiseerd. Als jonge studente, ver van mijn thuisdorp, vond ik het tijdverspilling om speciaal af te reizen om een bolletje rood te kleuren. Ik gaf mezelf groen licht voor een vrijbrief, maar moest een aantal maanden later voor de rechtbank verschijnen omdat ik niet was opgedaagd voor de verkiezingen – op zich al een straf, al kwam ik er vanaf met een berisping. Laat het maar mijn missie worden om de zogenaamde “jeugd van tegenwoordig” voor een dergelijk drama te behoeden.
Geef ons gelijkheid en een broederlijk gevoel met onze buren. België is één van de weinige landen waar het Europees continent waar er nog een stemplicht is. Enkel Griekenland, Luxemburg en Liechtenstein zitten ook in deze dwangbuis. Is dat geen reden om gelijk te schakelen met de meerderheid van onze buren? Er is al een stap in de goede richting gezet door de afschaffing van de opkomstplicht voor de verkiezingen van 2024, maar we moeten dit doortrekken op hoger niveau.
Geef ons vrijheid. “Laat iedereen de keuze,” zou dat geen mooie leuze kunnen zijn? Ik denk dat de hoegenaamd wijze politici bang zijn dat de afschaffing van de stemplicht het ganse beleidslandschap zou veranderen en zo’n lijden voor hun cijferstatistieken kunnen ze missen als kiespijn. Tja, kiezen is verliezen – niet alleen mijn stem, maar ook de protestkeuzes van de mensen die eigenlijk weinig interesse hebben zullen verdwijnen. Het feit dat “de jeugd van tegenwoordig” van 16 en 17 jaar in 2024 al mag (niet moet) stemmen voor de overheden lijkt dan al bijna indoctrinatie ter compensatie. Ironisch genoeg zou er, als er een verkiezing wordt gehouden om te beslissen of stemrecht behouden moet worden, een hoge opkomst zijn.
Ik geloof dat de oudere garde met dito wetten vernieuwd moet worden? Is dat geen nieuwe wetenschap bij het STEM-pleidooi in het onderwijs, waarbij men wat meer kan rekenen op objectieve feiten en de resultaten van research in onze veranderende technologische wereld? Ik beloof hiervoor inzet, volharding en zo vooruitgang.
Ja, ik ga voor universeel en gelijkheid in het geheel. Stem gerust op mij als een soort miss Universe, die een tandje bijsteekt om iedereen de keuze te geven om te kiezen.
Mijn conclusie: beleid is vaak een illusie. Er is groen, geel, oranje, rood en meer; het politieke landschap lijkt een regenboog. Volgens de legende vind je aan het einde daarvan een schat, maar de schatkist is al vele jaren leeg.
Ik ga voor een zitstaking. Nestel je gerust naast mij. Op de bank zitten, in plaats van naar het stemlokaal moeten gaan verdient een kus en een bank vooruit. En dat Belgisch witlof? Dat mag gerust op het menu staan; op mijn manier, met hesp en een smeuïg kaassausje.
Ik heb het koud. Brrr. Beh. Beh.
Brakend ongenoegen. Rakend aan de kilte. Krakende botten. Rot zo’n situatie. Gevoelens met inflatie.
Er komt ook nog een wind. Gone with the wind – dat ben ik straks.
Ijsberen is tegenwoordig een trend. Niet voor mij, vent. Dat weet je als je mij kent.
Frequent ijskoningin. Queen. Mean.
Graag ijsblokjes in mijn drinken. Yep, dan mag je met mij klinken.
Klinkt dat gepiep van die tafels nu nog steeds?
Piep. Piep. Piep.
Verberg dat liever in het geniep.
Piep – een muis.
Mag ik er vanonder muizen?
Het is hier koud. Bisnummer. Herhaling is poëtisch.
Dit maakt mij niet instant een dichter. Het brengt mij dichter bij de koude.
Ah – ik kijk achter mij. Dat raam is niet dicht. Straks klap ik nog dicht.
Een klapraam – is dat een raam dat babbelt in dat sappige, niet altijd door mij gesnapte dialect.
Snie sna snappie. Dat was dat liedje van het schoolfeest lang geleden. Van een krokodil. Straks ga ik nog krokodillentranen wenen. Of maak ik er alligatortranen van en kreun ik “see you later alligator.” CU – leuke afkorting en die beesten wonen in Miami. Daar is het lekker warm! Vlakbij Kennedy Space Center. Kan ik daar die raket naar Venus nemen – ik wil warmte/ hitte en het liefst liefde. Vlammend. Vurig. Flaming amazing. Ja, ik spreek Engels. Op zijn bengels; daar zit “engel” in – dat ben ik in wezen; mijn waarde op deze aarde.
Ik heb het nog steeds koud. Herhaling. Bisnummer applaus niet nodig. Neen, niet nodig.
Heb ik meer beweging nodig? Als ik hard op mijn pen druk, kijkt mijn omgeving bedrukt en onder druk. De plant beweegt. Weeg ik door? En ik heb dus geen plannen daarvoor. Wel een plant; is dat een plan met een dt-fout of gewoon een werkwoord dat tot actie aanspoort. Is dat dan een sporenplant? Zit ik daarmee op het juiste spoor? Was ik niet de weg kwijt? Het noorden kwijt?! Hoera, ben ik dan toch in het zuiden?
Mmmmm, nog steeds koud. De opwarming van de aarde is nog steeds niet van kracht. Wat een onmacht. Waar blijft die pracht van warmte? Ik wil ze omarmen. Maar ik ben arm. Geen centjes of opportuniteit voor een dikke trui. Zouden ze op deze school ook dikke truiendag hebben? De kleren maken de vrouw. Mijn flinterdunne kleed bezorgt mij leed.
En ik ben moe. Ja ja, oogjes toe – dat komt uit de fabeltjeskrant en dat is toch een fabeltje.
En ik heb maagpijn. Waarschijnlijk zit er een knoop in mijn maag. Kan iemand die aan naaien? Dan doe ik mijn jasje toe…
En nu mijn pen!
Ik ging even op wereldreis… op zoek naar de wereldjes achter de gordijnen. Zijn ze eilandjes van geluk of ondoorgrondbare poelen van verdriet? Ik kan er naar toe reizen met mijn fantasie als raket. Langs Mars kom ik zeker in die ruisende ruime ruimte, want ik kwam langs de Marsstraat en ik zal maar bedenken dat ik zelf wat in mijn mars heb…
Hoe dan ook, genoeg vervoer en rumoer om in vervoering te geraken. Auto’s razen voorbij; razend op de tijd. Zoem zoef. De tram ratelt op haar rails – krik krak kraak; op haar manier raak. Haar passagiers staren niet naar mij – ongeraakt, ongenaakbaar. Een motorfiets bracht gebrom.
Het liefst wil ik even kleiner worden en gedragen zoals die baby in die zak; zorgeloos en zelf zonder rugzak.
Ik kan velerlei verder op deze Lei, maar ga niet mee. Ik sta stil in dit wereldje. Ik ben er “met zorg gebracht,” zoals op de auto van De Post staat.
Ik ben buiten, kan niet binnen kijken, maar neem mijn binnenste naar buiten. Ik schrijf en blijf zo even bij. Mijn schrijfwereld neemt alles op. Is dat niet sterker gedrukt dan de resultaten van die tattoo-shop om de hoek? Kan dat niet meer tot de verbeelding spreken dan die stripwinkel?
Ik laat het op mij inwerken; rustig, al dan niet in de wachtzaal van die arts. Ik denk. Ik fantaseer en leer. Als nieuwbakken filosoof ontwaakt mijn dito civiele geloof. Wat er schuilt achter die gordijnen is eigenlijk beter in mijn fantasie als in het echt. Laat mij maar rookgordijnen optrekken. Ja jammer voor dat reclamebord hier voor de anti-rook-campagne: “klaar met mijn laatste sigaret.” Ik rook niet, maar toch wil ik even stoken. Ik steek nog een vuurtje aan en ga in vuur en vlam staan om observaties te schrijven voor mijn ontdekkingsreisjes, in mijn Fantasialand. Mag ik je aansteken?
101 stappen. 1001 indrukken. Enkelvoudige stappen in eenvoud voor zoveel meervoud.
1001, 101, 3 – 2 – 1. Go, go go. My flow. My way.
Ik leid. Ben jij verleid?
Zeg, ga je mee op weg? Gaan we verder, ver, verst? In verzen en verzinsels?
Wordt vervolgd. Voor volgers.
© 2024 (B)right 2 Write
Thema gemaakt door Anders Noren — Boven ↑