Schrijf! Challenge 7.
Het schrijven van een verhaal is het maken van een strik, zoals die van een stroper waar de prooi (de lezer) zich niet uit weet te bevrijden.
Ze kreeg een cadeautje met een schitterende gouden strik er op. Haar man keek haar met een intense blik aan, wachtend op het moment dat haar glimlach zou verschijnen. Ze opende het pakje. De strik werd haastig en met zwier los getrokken. Het papier vouwde ze heel wat langzamer open, behoedzaam – bang om teleur gesteld te worden. En ja ze had het kunnen denken. Het was een mixer, van een duur merk in een oranje design uitvoering. Ze deed haar best om haar grijns om te toveren tot een aanvaardbaar bedankje.
“Ha, nu kun je elke dag taart voor mij maken” krijste haar stiefzoon terwijl hij balorig het lusje uit een kerstbal haalde.
Ze had moeite met haar gouden kooi in dit land waar ze de taal niet machtig was en enkel internetvrienden had. “Thank you” prevelde ze tegen haar man, ze omhelsde hem vluchtig en trok het strikje van zijn nette pak even recht.
De kleine jongen kwam voor haar staan, schopte haar net niet en zei fel “strik mijn veters.” Toe ze niet direct reageerde zei hij, hoegenaamd beleefd maar met luide stem: “alstublieft.” Ze gehoorzaamde, vooral omdat manlief, alias haar broodheer, toekeek.
Ze voelde zich als een prooi van stropers die in haar land op bezoek waren geweest en haar meenamen. Ze zat in de val en kon niet zomaar weg. Zou alleen een strop haar kunnen redden? Ze liet het koord van de gouden strik door haar vingers glijden. Zou dat sterk en lang genoeg zijn om een halskoord te maken? Ze had vroeger in de jeugdbeweging geleerd om knopen te maken.
Ze had zin om de knop om te draaien…
Neen, nog even verder doen. Als een roofdier zou ze wachten op het juiste moment.